Amsterdam - De rechtbank Amsterdam doet ongeveer 140.000 uitspraken per jaar. Iedere week selecteren we een aantal van de belangrijkste en meest opvallende uitspraken per rechtsgebied. Straf - Celstraf voor betrokkenheid bij bankhelpdeskfraude25 juni - Een 29-jarige man is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden omdat hij zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan bankhelpdeskfraude. De man heeft met afhandig gemaakte bankpassen geld gepind en betalingen heeft verricht. In een betrekkelijk korte periode zijn van 8, voornamelijk (hoog)bejaarde slachtoffers pinpassen met daarbij horende pincodes ontfutseld, waarna forse bedragen van hun bankrekeningen werden afgeschreven. De slachtoffers werden telkens gebeld door een persoon, die zich voordeed als bankmedewerker en hun vertelde dat geld van hun bankrekeningen was gehaald. Er werd om pincodes en persoonlijke gegevens gevraagd, waarna een persoon aan de deur verscheen die zich uitgaf voor de koerier van de bank en de bankpassen en in voorkomende gevallen de sieraden meenam. Verdachte bagatelliseert zijn rol met de stelling dat hij alleen met de verkregen bankpassen heeft gepind. De rechtbank is echter van oordeel dat hij een onmisbare schakel is in deze bankhelpdeskfraude. Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAM#JMFH#3791 Bestuur - Aanvraag urgentieverklaring onvoldoende onderzocht25 juni - De gemeente Amsterdam heeft de aanvraag van een dakloze vrouw om een urgentieverklaring onvoldoende onderzocht. Dat vindt de bestuursrechter. De vrouw woonde in Amsterdam toen de relatie met de vader van haar dochter eindigde. De Filipijnse dacht dat zij Nederland moest verlaten. Nadat bleek dat de vrouw door de Nederlandse nationaliteit van haar dochter wel verblijfsrecht heeft, keerde zij terug. Dat zij dit deed zonder hier woonruimte te hebben, valt haar niet te verwijten. De gemeente had moeten onderzoeken of de vrouw recht heeft op een urgentieverklaring om sociale redenen (het huisvestingsprobleem is ontstaan door de relatiebreuk) of bijzondere omstandigheden (achteraf moest de vrouw Nederland niet verlaten). Met de belangen van het kind is voldoende rekening gehouden: zij verblijft met haar moeder in de noodopvang en over haar is informatie ingewonnen bij de GGD. Omdat de vrouw zelfredzaam is, heeft zij geen recht op maatschappelijke opvang. Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAM#JMFH#3838 Kanton - Tussenpersoon moet lening voor verkoop scooter terugbetalen 25 juni - Een via Whattsapp afgesloten geldlening van 5000 euro tussen de eigenaar van een scooter en de tussenpersoon die de scooter heeft verkocht, moet de tussenpersoon volledig terugbetalen. Dat heeft de kantonrechter besloten. De koper van de scooter had met de tussenpersoon een geldlening afgesloten van 5500 euro. De eigenaar nam deze lening over, waarbij de extra 500 euro als rente zou dienen. Na een verzoek tot uitstel van betaling door de tussenpersoon, is via die overeenkomst in Whatsapp afgesproken dat de schuld afgelost zou worden door een vriend van de eigenaar bij wie de tussenpersoon kluswerkzaamheden deed. Deze vriend betaalde echter slechts 2500 euro aan de eigenaar in plaats van 5000 euro. Volgens de rechter is het inderdaad mogelijk een schuld te verrekenen met een vordering op een derde. Aangezien echter niet kan worden vastgesteld wat de tussenpersoon met de vriend precies heeft afgesproken over de kluswerkzaamheden, moet de tussenpersoon zelf het resterende bedrag van 3000 euro aan de scootereigenaar terugbetalen. Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAMSL2024:3843 Civiel - Geen beroepsfouten; scheepswerf moet advocaten betalen 26 juni - Een Kroatische scheepswerf moet haar Nederlandse advocaten nog bijna 1 miljoen euro betalen. Dit betreft het totaal aan facturen dat de scheepswerf niet heeft betaald voor verleende juridische bijstand in een geschil over de bouw van een zeilschip. Het advocatenkantoor heeft de scheepswerf onder meer bijgestaan in een procedure waarin de scheepswerf in het ongelijk is gesteld en is veroordeeld tot het betalen van ongeveer 14 miljoen euro. De scheepswerf vond dat de facturatie excessief en de verrichte werkzaamheden onvoldoende duidelijk. De rechtbank oordeelt dat niet excessief of onnodig is gefactureerd en een advocaat niet alleen betaald krijgt voor uitgevoerd werk als de oordelende instantie zijn standpunten volgt. De tegeneis van de scheepswerf van ruim 5 miljoen euro vanwege gestelde beroepsfouten wordt ook afgewezen, omdat daarvan geen sprake is, aldus de rechtbank. Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAM#JMFH#3824...

Lees het volledige artikel bij Rechtbank Amsterdam.